Het komt regelmatig voor dat een overledene zelf geen uitvaartverzekering heeft afgesloten. De kosten voor de uitvaart worden dan gedekt door de erfenis van de overledene. Als degene die is overleden echter meer schulden dan spaargeld heeft, kan de uitvaart niet op die manier betaald worden. Het is dan de taak van de nabestaanden om de kosten voor de uitvaart op zich te nemen. Nabestaanden hebben echter lang niet altijd de financiële middelen om zelf de uitvaart te betalen. Als zij kunnen aantonen dat er niet genoeg middelen zijn om de begrafenis te bekostigen, dan moet er een andere oplossing verzonnen worden.
Hoe kunt u als nabestaande nu aantonen dat u niet de middelen hebt om een begrafenis te bekostigen? Als nabestaande kunt u onder de betaling uitkomen wanneer u een uitkering van de Sociale Dienst heeft. Er kan dan een beroep gedaan worden op de Wet Bijzondere Bijstand. De Sociale Dienst zal de nabestaanden vervolgens een bedrag lenen om de begrafenis te bekostigen.
De lening moet aangevraagd worden bij het kantoor van de Sociale Dienst in de woonplaats van de overledene. Welk bedrag er vergoed wordt, is afhankelijk van de gemeente waarbij de overledene staat ingeschreven. De uitvaartonderneming moet een kostenbegroting voor de uitvaart naar de Sociale Dienst sturen en deze moet vervolgens beoordeeld en goedgekeurd worden. Na goedkeuring maakt de Sociale Dienst het te lenen bedrag direct over naar de begrafenisondernemer. De nabestaanden kunnen er vervolgens voor kiezen om de lening in termijnen terug te betalen, of om deze van hun uitkering af te laten trekken.
Mensen met een heel klein budget kunnen de uitvaart (deels) laten vergoeden via bijzondere bijstand. Dit is een uitkering die verstrekt wordt voor bijzondere en noodzakelijke uitgaven die mensen zelf niet kunnen betalen. Informeer bij uw gemeente om te bepalen of u in aanmerking komt.